Meer aandacht voor actuele kunst en maatschappelijke thema’s in het kunstonderwijs

Gepubliceerd op

Meer aandacht voor actuele kunst en maatschappelijke thema’s in het kunstonderwijs

Presentatie Remixing the Art Curriculum, promotieonderzoek van Emiel Heijnen

‘Kunstonderwijs dat zich voornamelijk richt op het aanleren van traditionele technieken van ‘dode kunstenaars’ is vaak weinig relevant voor leerlingen. Betekenisvol kunstonderwijs huist in een curriculum dat leerlingen de mogelijkheid biedt creatief te participeren in - en te reflecteren op de actuele culturele wereld om hen heen’. Dit concludeert Emiel Heijnen (promovendus Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten) in zijn proefschrift Remixing the Art Curriculum: How contemporary visual practices inspire authentic art education.

Op donderdag 17 september 2015 promoveert hij op dit proefschrift bij de Radboud Universiteit Nijmegen.

Innovatief kunstonderwijs

Remixing the Art Curriculum exploreert de uitgangspunten van authentieke kunsteducatie, een sociaal-constructivistisch leerconcept dat streeft naar een dynamisch kunstcurriculum dat aansluit bij de ontwikkelingen in de wereld buiten de school. Het centrale onderzoeksobject in Heijnen’s proefschrift is de ontwikkeling van een theoretisch model dat kunstdocenten richtlijnen biedt voor het ontwerp van innovatief kunstonderwijs. De bouwstenen voor het model verzamelde hij onder hedendaagse beeldmakers. Hij interviewde jongeren die actief zijn in o.a. graffiti, fanart of cosplay communities. Daarnaast bestudeerde hij de leer- en werkprocessen van professionele kunstenaars door interviews met o.a. Pilvi Takala, Jeanne van Heeswijk en Evan Roth. Het didactisch model dat hieruit ontstond werd vervolgens in de praktijk onderzocht. Een groep docenten ontwikkelde vernieuwende lessenseries gebaseerd op Heijnen’s model, die vervolgens werden uitgevoerd en geëvalueerd op 15 verschillende scholen variërend van VMBO tot HBO. 

Belangrijkste onderzoeksresultaten
Het onderzoek legt concrete verbindingen tussen sociaal-constructivistische leertheorie, hedendaagse ontwikkelingen in de kunsten en de onderwijspraktijk.
Heijnen’s didactische model stelt de docent als innovator van het kunstonderwijs centraal. Zijn model stimuleert docenten uit om vernieuwende kunstlessen te ontwerpen waarin populaire cultuur, actuele kunst en maatschappelijke thema’s geïntegreerd aan de orde komen.
De ontworpen lessen zetten leerlingen aan tot dialoog, kritisch denken en maatschappelijk geëngageerde kunstproductie. De sociaal-culturele thema’s die daarbij aan de orde komen versterken de cognitieve inhoud van de lessen. Zulke thematische lessen blijken bovendien de toegang tot kunst te vergroten voor leerlingen die niet á priori geïnteresseerd of talentvol zijn.
Het onderzoek illustreert dat authentieke kunsteducatie de intrinsieke waarde van kunst in het onderwijs kan vergroten omdat jongeren uitgedaagd worden om te reflecteren op hedendaagse (visuele) cultuur, waarbij ze leren te denken en handelen als creatieve professionals.
De onderzoeksresultaten benadrukken dat authentieke kunsteducatie gedijt in een klimaat waarin docenten en leerlingen de ruimte krijgen om te experimenteren en interactie te zoeken met de ‘echte’ wereld. Zo’n klimaat staat lijnrecht tegenover een sterk gecontroleerde, resultaatgerichte schoolcultuur.

Achtergrond
Hedendaagse kunstdocenten zien zowel de professionele kunst als de visuele interesses van hun leerlingen razendsnel veranderen. Processen als globalisering en digitalisering verhogen de beschikbaarheid en omzetsnelheid van kunst en visuele cultuur. Deze ontwikkelingen vergroten de kloof tussen traditioneel kunstonderwijs op school en de ontwikkelingen daarbuiten. De actualisering van het kunstcurriculum wordt extra bemoeilijkt omdat beleidsmakers een paradoxale boodschap aan kunstdocenten afgeven: enerzijds heeft de economische motivering van het belang van funderend onderwijs het maatschappelijke draagvlak voor kunst en kunsteducatie verkleind, anderzijds worden competenties als het vermogen tot creativiteit en innovatie juist aangeduid as sleutelvaardigheden voor de burger van de toekomst. Remixing the Art Curriculum gaat in op deze problematieken vanuit de premisse dat kunst een intrinsieke maatschappelijke waarde heeft en dat relevantie van kunstonderwijs toeneemt wanneer kunstzinnige productie van leerlingen gepaard gaat met persoonlijke en theoretische reflectie in breed sociaal-cultureel verband.

Promotie
Emiel Heijnen (Tegelen, 1970) is senior docent en onderzoeker aan de Academie voor Beeldende Vorming en Master Kunsteducatie van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten (AHK). Hij is lid van de Vernieuwingscommissie die het nieuwe advies examenprogramma voor CKV havo/vwo ontwikkelde. Het advies wordt op 2 september a.s. besproken in de Tweede Kamer.
Heijnen startte zijn onderzoek in 2011 met steun van de Academie voor Beeldende Vorming, de Master Kunsteducatie, de Radboud Universiteit en een promotievoucher van de AHK. Met de  promotievouchers bevordert de AHK de onderzoekende atmosfeer door docenten te stimuleren tot verrichten van wetenschappelijk onderzoek in samenwerking met universiteiten.

De promotoren van Heijnen zijn Prof. dr. A.M. (Anneke) Smelik, hoogleraar visuele cultuur aan de Radboud Universiteit Nijmegen en Prof. dr. F.H. (Folkert) Haanstra, bijzonder hoogleraar Cultuurparticipatie en cultuureducatie aan de Universiteit Utrecht en Lector Kunst- en Cultuureducatie aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten.

Emiel Heijnen

Delen